Soms is een warm bad niet wat je nodig hebt om op te starten, maar werkt een koude douche een stuk beter.
Als interim manager wordt mij regelmatig gevraagd in welke sector ik werk. Als startend interim manager verraste deze vraag me. Ik heb namelijk bewust voor het vak van interimmer gekozen, omdat ik van managen als vak houd en dit juist wilde uitbouwen. Mijn gedachte was dat het voor mijn omgeving helder zou zijn dat de managementvaardigheden en -competenties in elke sector toe te passen zijn. Dit mits je er natuurlijk toe bereid en voldoende vaardig bent om je op korte termijn relevante (sectorspecifieke) inhoud op hoofdlijnen eigen te maken. Oftewel ‘snel op de bok’ te komen.
Navraag bij collega’s leerde mij dat ik niet de enige interim manager ben aan wie deze vraag gesteld wordt. Dit zette mij op het pad om dit verder te onderzoeken. De uitkomsten van een kleine poll toonden aan dat de vraag inderdaad niet uniek is, maar juist regelmatig gesteld wordt. Nog sterker: opdrachtgevers zoeken bij voorkeur managers met ervaring in de sector of nog liever in exact dezelfde organisatie of organisatie type. Vanuit de gedachte dat de inhoud en kennis leidend is en elke sector anders is, is dit een begrijpelijke strategie. Immers, iemand die de ‘mores’ snapt en de inhoud begrijpt, zit sneller op de bok. Toch? Tegelijkertijd huren opdrachtgevers, interim managers juist in voor complexe veranderingen waar niet alleen onderliggende uitdagingen op houding en gedrag, strategie, doelstellingen, IT, kosten etc. zitten, maar tijdslijnen ook krap zijn. En daar zat ergens ook mijn vraag. Want vroeg in mijn werkzame leven kreeg ik de wijsheid mee ‘’als je doet wat je deed, blijf je krijgen wat je kreeg.’’ En zo bleef ik maar peinzen over de vraag of mijn uitgangspunt, dat managen als vak juist verdieping krijgt door afwisseling van sectoren, het verkeerde uitgangspunt was.
Tijdens een cursus voor bestuurders in november vielen ineens de puzzelstukjes in elkaar. Het thema dat besproken werd, was besturen en managen in tijden van grote dynamiek en crises. In deze tijden neemt het belang toe van contextueel leiderschap, oftewel sturen met krachten groter dan jezelf. Juist het omgaan met wisselende contexten en onvoorspelbaarheid wordt belangrijker. Hier zat de angel en de oplossing. Om om te gaan met grote dynamiek, onvoorspelbaarheid en crises, zo leerde ik, hebben leiders een hoge mate van adaptiviteit nodig. Dit is te verdelen in enerzijds aanpassen aan wat van buiten komt en anderzijds ontwikkelen van de binnenkant.
Door jezelf uit te dagen met een wisselende context en inhoud, blijf je je verwonderen en train je het vermogen op aanpassen aan en sturen op wat van buiten komt. Dit aangevuld met een actieve ontwikkeling van de binnenkant – hierover in een latere blog meer – zorgt het ervoor dat je als interim manager blijvend fit bent om complexe managementopdrachten aan te gaan. Want een vaste toolset en fixed methoden rugzakje in een herkenbare omgeving zijn heerlijk en als een warm bad. Maar soms is een warm bad niet wat je nodig hebt om op te starten, maar werkt een koude douche een stuk beter.